|
De Broncode
(Skepter 17 (3), herfst 2004)
Onze nationale tv zond in haar gedaante van Netwerk op 9 en 12
september een beschamend stukje commercie uit, namelijk voor het
recente boek De broncode van Eric Smit. De inhoud van dat boek is in
kort bestek al besproken in Stop de Persen van 3 februari 2001:
uitvinder Jan Sloot beweert een hele speelfilm van twee uur in 4
kilobyte te kunnen samenpersen, en IT-goeroe Roel Pieper die dat
gelooft gaat voor 5 miljoen euro in de boot. Smit heeft het feit dat
het onzin was zorgvuldig weggestopt in zijn boek, zodat hij tegen
critici kan zeggen dat het er voor de goede lezer wel degelijk
staat.
Van het onafhankelijke Netwerk zou men verwachten dat duidelijk werd
gemaakt waarom het allemaal niet kan. Ronald Plasterk deed in zijn
column in de Volkskrant twee weken later een poging. Erg moeilijk is
het niet te begrijpen. 4 kilobyte is 4096 byte is 32.768 bits. Als
je daar 7200 seconden film in kunt coderen is dat 4,55 bit per
seconde. Als u al weet dat ik een willekeurige letter uit een
alfabet van 26 letters op een papiertje heb geschreven, dan breng ik
4,7 bits over als ik verklap welke letter. De claim van Sloot wil
dus zeggen dat je willekeurige filmseconden allemaal ruimschoots
kunt coderen met één enkele letter van het alfabet. Dat is absurd
net zoals het feit dat daar informatici in getrapt zijn.
Nu lijken filmbeelden vaak wel wat op elkaar en een grappenmaker
opperde zelfs dat vele speelfilms adequaat kunnen worden samengevat
met 'boy meets girl' (14 bytes). Maar zo kom je er niet. Een film
van 7200 seconden die telkens een seconde lang een willekeurige
letter laat zien vertegenwoordigt 33.840 bits. Een andere manier om
hetzelfde te zeggen is dat er 2 tot de macht 33.840 van die saaie
films denkbaar zijn. Een standaardgeheugen van 4 kilobyte heeft maar
2 tot de macht 32768 mogelijke toestanden, en dus kunnen al die
saaie films onmogelijk elk met een eigen toestand van zo'n geheugen
corresponderen, net zo min als je 11 eieren in een doos voor 10
stuks kunt stoppen. En dan hebben we het alleen nog maar over de
saaie films van 1 letter op standaardformaat per seconde. Een echte
films vergt al gauw zelfs met goede datacompressie een megabyte per
seconde.
Hoe Sloot het deed is niet zo duidelijk. Hij gebruikte een computer
met een flink geheugen (enkele honderden megabytes) waar het
materiaal voor de demo wellicht in zat. Hoe is te verklaren dat
managers als Roel Pieper zich lieten foppen? De demo van Sloot
vertoonde naar het schijnt voornamelijk sterk verkleinde en versneld
afgedraaide, dus behoorlijk gecomprimeerde filmpjes. Sceptici zijn
bekend met het feit dat 'eigen ervaring', speciaal iets wat gezien
is, een overweldigende indruk maakt, en alle abstracte gedachten
overstemt. Als het evident onmogelijk is dat iets werkt, moet je
extra sceptisch zijn, maar dit beginsel wordt ook door academisch
gevormden vaak genegeerd.
Toen Sloot stierf en zijn uitvinding spoorloos bleek, kwam de
kritiek los. Adviseurs van het NatLab van Philips bleken gezegd te
hebben dat het onzin was. Niettemin kwam Netwerk met een
geheimzinnige samenzwering in plaats van zich af te vragen of Sloot
behalve anderen ook zichzelf bedroog. De conclusie is dat noch
Sloot, noch Pieper, noch Netwerk te vertrouwen zijn. (jwn)
|
|