Roel Pieper geroosterd
(Links naar web.archive.org)
Facebook Twitter LinkedIn Translate Favorites More Services
Neerlands invloedrijkste it'er, professor-investeerder Roel
Pieper, is het lijdend voorwerp van De Broncode. De
ronkende ondertitel van dit boek van Eric Smit luidt 'het
ware verhaal van een wereldschokkende uitvinding' en de
vileine tweede ondertitel 'waarom Roel Pieper niet de
nieuwe Bill Gates werd'.

We spraken met de auteur, u kunt meeluisteren (mp3). Die kreeg geen
reactie van het lijdend voorwerp in kwestie.

Het boek

Het opvallendste van De Broncode is dat het nauwelijks echt nieuwe
inzichten biedt ten opzichte van de destijds in Quote verschenen twee
artikelen (hier nog online) over de 'uitvinding' van Jan Sloot. Die had
Smit dus heel goed gefabriceerd. De teneur is dezelfde: elektronika-
knutselaar Jan Sloot toont Philips in maart 1999 een vinding waarmee je
op een chipje van 128 KB, aangestuurd met specifieke software, wel 15
videofilms kwijt kan. Roel Pieper wijst, na interne negatieve adviezen, als
bestuurder van Philips deelname in de exploitatie af. Na zijn ontslag daar
dringt Pieper zich naar voren als de baas van de exploitatie van de
vinding.

Sloot demonstreert live het kunnen van het kastje, met een laptop, maar
weigert specificaties te verstrekken. Hij overlijdt op 11 juli 2001, en
neemt zijn geheim mee in het graf. Zoon Ben zegt dat hij is vermoord
vanwege bedreigde belangen - zijn vinding zou immers de hele ict-wereld
op zijn kop zetten. Pieper vindt dat een normale gang van zaken is
gevolgd: beoordelen, ontwikkelen en een bedrijf bouwen om de markt te
veroveren. De dood van Sloot heeft die laatste fase verhinderd.

Nieuw en verrassend in het boek is een bijlage met een uiteenzetting
over het systeem van de uitvinder zelf dat op de computer van Sloot is
gevonden na diens dood. Eric Smit heeft dit stuk niet expliciet aan
deskundigen voorgelegd. We spraken hem daarop aan in bijgaand audio-
interview. Wat is zijn belang om dat na te laten?

Smit bevestigt dat hij de mythe niet om zeep wil helpen, maar voegt in
het boek wel het verhaal toe van een gelijksoortige claim van een
Amerikaans bedrijf jaren later, die op bedrog bleek te berusten. En juist
gisteren werd bekend dat het Adams Platform Technology voor
videocompressie, uitgebaat met het bedrijf Media World Communications,
niet lijkt te werken. Het ging om een vinding die qua werking leek op die
van Sloot, ofschoon minder revolutionair in de beloften. Maar het werkt
zo te zien niet.

Smit wilde schrijven over de levensloop van Roel Pieper en de hebzucht
en het spel van de investeerders. De geldingsdrang die bij Pieper leidt tot
een tomeloze inzet om aanzien, spelvreugde en geld te verwerven, is bij
Smit de drijfveer om 14 maanden continu aan een geweldig boek te
schrijven, ook voor aanzien en vanwege de spelvreugde, met schrijven.

Het verslag is het sterkst in de e-mailuitwisseling tussen investeerders,
een fascinerend relaas over het oppompen van de luchtballon. Gezien die
letterlijke schriftelijke bronnen lijkt het ook een makkelijk boek, ware het
niet dat Smit tot het uiterste is gegaan om bij alle betrokkenen de feiten
te checken en meningen te staven. Dat is de kwaliteit die Smit
onderscheidt van zijn meeste collegae heden ten dage. Pieper zelf kan
daar niets tegen inbrengen, tenzij er inderdaad (bewuste) weglatingen
zijn. Maar die toonde Pieper ons niet
.

De inhoud

Het boek begint met de ontmoetingen met Pieper, die Smit uitnodigt te
Bloemendaal om hem af te brengen van zijn voornemen om over het
Sloot-debâcle te schrijven, direct gevolgd door het dramatisch
geschreven relaas over de dood van Sloot.

Vervolgens passeert een korte beschrijving van de geboorte van Sloot en
diens jonge leven tot aan de banen als begenadigd tv-reparateur. Hij
werkte bij Philips, maar vertrok na anderhalf jaar omdat zijn ideeën niet
welkom waren. Als zelfstandig reparateur en met een winkel ging hij te
Groningen failliet. Na de verhuizing naar Nieuwegein begon Sloot in 1984
te knutselen met digitale technologie.

In 1995 had hij zijn vinding voor het verkleinen van bestanden klaar.
Geen compressie, dat immers tegen grenzen aanliep, maar een nieuwe
vorm van codering.

Vanaf dat moment heeft Sloot derden nodig, en het verdere boek
verhaalt van de stoet personen die Sloot willen bijstaan met het
exploiteren van zijn vinding, met heel verschillende maten van
eigenbelang. Smit laat alle personen aan het eind in een soort van
flashback nog eens op een fraaie manier de revue passeren.

Het begint met ene Jos van Rossum die eerst twee andere vindingen van
Sloot wil ontwikkelen, onder meer een database voor reparatie-
informatie, de Repabase. Dat ging mis, vervolgens kwam de datacodering
aan bod. Philips-mensen kwamen in 1996 kijken, maar toonden onbegrip.
Sloot gaat op zoek naar geld. Via-via komt hij bij IT-ondernemer Leon
Sterk, die met geld komt in ruil voor 50 procent in het op te richten bedrijf
Davoc. Er komen nog wat figuren bij, de lange serie van min of meer
mislukte en door Smit vaardig, vaak hilarisch opgetekende bijeenkomsten
rond Sloot neemt een aanvang.

Steeds weer zijn het mannen. De enige vrouwen in het hele verhaal zijn
Sloots echtgenote en Piepers pr-dame, behoudens zijn echtgenotes in
het privé-deel. En bedrijven komen en gaan om te kijken naar Davoc, van
Joh. Enschede en Oracle tot Shell en Swatch. En op 31-10-1998 om 13.31
uur precies ging Davoc.com live, en Sloot zou zijn inmiddels Solid State
Technology gedoopte kastje tonen, waarin een smartcard ging met
daarop een hele videofilm. In een absurde ambiance, voor een zaal vol
genodigden, loopt het weer mis. Ene Dick Vesters van Oracle krijgt de
technologie werkend te zien, is totaal verbijserd, en komt er in een
bijlage van het boek nog eens terug op de zaak.

Even later verschijnt Marcel Boekhoorn ten tonele, een prototype
investeerder dat later nog met internetbedrijven sluw handelt en geld
verdient. Boekhoorn heeft onder meer Bowolar BV. Dat staat voor
'Boekhoorn wordt lachend rijk', en alleen al om dit soort details leest het
boek lekker weg.
 
 
Netkwesties vroeg Pieper om
een gesprek en kreeg het
volgende antwoord van zijn pr-
agent:
       • Roel heeft tot vandaag
          het boek nog niet onder
          ogen gehad en heeft dus
          nog geen kans en de tijd
          gehad om het te lezen.
       • Het concept is hem voor
          publicatie nooit ter inzage
          gegeven, ofwel er is geen
          wederhoor toegepast.
       • Roel heeft Eric Smit sinds
          2001 op dit onderwerp
          niet meer aangesproken.
          Er is dus in jaren geen
          contact meer geweest.
       • Uit de tot dusver gestelde
          vragen blijkt dat in het
          boek een aantal
          duidelijke bewijsmiddelen
          en documenten
          ontbreken die Roel in
          2001 in het programma
          Netwerk heeft genoemd
          en getoond. Dat is hoogst
          verbazingwekkend.
       • Roel heeft sinds 2001
          geen behoefte om met
          Smit enige vorm van
          samenwerking te hebben.
          De verhalen die Smit toen
          in Quote heeft
          gepubliceerd zijn in
          uitermate slechte
          samenwerking met Roel
          tot stand gekomen. Wat
          dat aangaat schaart Roel
          zich volledig achter het
          commentaar van Victor
          Muller in de meeste
          recente Quote, waarin hij
          tegen Smit een
          soortgelijk bezwaar
          aantekent zoals hij die in
          2001 heeft ervaren.
       • Kortom, hij wil geen
          reclamecampagne voor
          een boek ondersteunen
          dat berust op, zoals hij
          dat aanduidt, een 'truc-
          journalistiek' die Smit
          graag lijkt toe te willen
          passen.

Dit is in lijn met wat Smit zelf
zegt: in 2001 ondernam hij nog
pogingen met Pieper te
overleggen, maar na diens
weigering niet meer. Pieper
herhaalt hierboven dat hij geen
contact meer wil, wat in
tegenspraak lijkt met zijn wens
tot 'wederhoor'. Dat laatste zou
echter ook schriftelijk hebben
kunnen plaatsvinden. Dan gaat
het over feitelijke onjuistheden
of omissies waardoor er een
scheef beeld ontstaat.

Het wachten is dus gewoon op
een feitelijk weerwoord van
Pieper. We vroegen om de
stukken die hij destijds in
Netwerk getoond zou hebben,
maar kregen op die vraag geen
antwoord.

Via-via komt het bij René Bickel,
ex-getrouwe van Nina Brink. En
passant vertelt Smit even dat
Nina Brink het idee voor World
Online gladweg gejat heeft -
weer zo'n aardig, maar niet even
gecheckt detail. Bickel is de
'loopbrug naar de Rembrandt-
toren', het contact met Roel
Pieper.


Dan onderbreekt Smit het verhaal
om 35 pagina's biografie van
Pieper te schrijven, onder meer
privé-feiten die niet echt in het
voordeel van de Nederlandse
tycoon spreken. De lezer begint
dan met een zeker vooroordeel
aan de story rond het Sloot
Digital Coding System en het
bedrijf FifthForce (na Davoc en
Dipro de derde onderneming) dat
het moest gaan exploiteren.
Pieper is de boef, maar daarvoor
wordt nergens in het boek enig
bijvoeglijk naamwoord aan
verspild.


Het verhaal leest zich vanzelf,
van de onmin over de 375 miljoen
dollar aanvangswaardering tot
de strijd om het ontrafelen van
het geheim van het kastje, de
wederom hele en halve mislukte
demonstraties en tot slot de
(voor iedereen?) verpletterende
mededeling dat Sloot dood is. En
dat alles met heerlijke details,
zoals de ontmoeting tussen
Pieper en Eckart Wintzen die hem
tevergeefs meldt de vinding 'je
reinste onzin' te achten.


De pagina's met vaak slechte
zwart-witfoto's aan het eind van
het boek vormen op het eerste
gezicht een rare toevoeging aan
het boek, maar ze passen perfect
bij de opgewekte sfeer van
enerzijds de uitvinder op zolder
in zijn rijtjeshuis versus het
ouwe-jongens-netwerk dat de
klus wel even zou klaren.


Wel chic, maar onpraktisch is de
keuze voor een verantwoording
van alle citaten achter in het
boek. Wil je ze niet in de tekst
zelf hebben, dan kunnen ze altijd
nog beter in voetnoten onder
aan de pagina's, want het (terug)
bladeren om het gewicht van de
citaten te kunnen bepalen is
irritant.

Het is aanlokkelijk het halve boek
te citeren, maar één citaat
spreekt afdoende:

"Ik vertelde aan de andere
jongens dat ik Marcel aan de lijn
had en dat hem de miljarden
weer om de oren vlogen.
Iedereen werd gek. De
rekenmachines kwamen uit
de binnenzak en de champagne
werd besteld. Die andere jongens hadden 40 miljoen dollar in de tas
zitten. We werden hoe langer hoe gekker. Onze laatste man had net
kleren gekocht en belde een taxi om de kleren naar het hotel te laten
brengen. En de ene fles champagne na de andere werd naar buiten
gedragen."

En dit ging dan nog om het voetbalteam van Boekhoorn bij Oranje Blauw
in Arnhem dat zou meedelen in zijn winsten.

Je moet wel een hele beroerde filmproducent zijn wil je in dit boek geen
geweldig scenario zien. Op de aard van de 'technologie' komen we later
terug in Netkwesties, want daarover is nog het een en ander te zeggen.

De Broncode, ISBN 9057591561, 328 pagina's, 18,50 euro.
 

Peter Olsthoorn, 10 september 2004