Bewustzijn als grens van het universum...

Archief Forum van Eric Smit & Uitgever (http://www.debroncode.nl)

Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:50

From: Rudeonline

De relativiteitstheorie klopt maar wordt verkeerd geïnterpreteerd..



Grote veranderingen van onze werkelijkheid zijn nooit zonder schok of stoot de wereld in gebracht. Ideeën en theorieën over het heelal en de werkelijkheid komen dan ook langzaam tot stand vooral omdat men zich liever vastbijt in datgene wat we nu denken te weten. Het geeft ons ook een zeker gevoel van veiligheid. Het is fijn als je weet waar je je bevindt. Toch is het goed om soms een stapje verder te gaan en het avontuur te kiezen van de onbekende weg. De kijk op de werkelijkheid kan zo behoorlijk veranderen. Was Columbus gewoon een avonturier of een gek? Hij bewees eigenlijk dat de wereld rond was, waarom durfde hij zijn tocht aan en overwon zijn vrees om van de aarde te vallen? Ik denk dat je soms moet gokken en zien wat er gebeurt. En zelfs dan…. toen bewezen werd dat de aarde rond was duurde het nog enige tijd voordat de gewone man in de straat dit kon bevatten. Nu begrijpt een klein kind dat de aarde rond is en mede door de kennis hiervan is men in staat om de aarde ook als ronde planeet te kunnen aanschouwen.

We kunnen nu heel simpel verklaren waarom schepen achter de horizon verdwijnen doordat zij gewoon over een gigantische bol bewegen. Het idee van een platte aarde is nu gewoon niet meer te bevatten. Men zou zich nu zelfs afvragen hoe men dit ooit kon hebben gedacht. We zien immers genoeg aanwijzingen waaruit blijkt dat de aarde wel rond moet zijn. Denk maar aan de schaduw die de zon en de maan ondervinden bij een verduistering. Deze schaduwen geven ons al heel snel het bewijs dat de aarde rond moet zijn. Waarom zagen de mensen dit lang geleden niet, wat dachten zij toen. Een platte aarde leunend op een enorme reuzenschildpad is eigenlijk te gek voor woorden. Hoe konden intelligente wezens dit ooit bedenken? De tijd heeft ons veel geleerd en nog steeds leren wij bij. Wat ik u wil vertellen is in zekere zin schokkend, de werkelijkheid is zo anders als dat wij altijd dachten dat het ook enige tijd zal duren voordat wij zover zijn om dit allemaal te bevatten. Ik vraag u daarom ook om gewoon de informatie te lezen die u hier ziet en daar gewoon eens rustig over na te denken. Wetenschap en filosofie zullen duidelijk samenvallen en uw begrip over ruimte en tijd zullen totaal anders worden. Misschien vindt u dat ik wat hoog van de toren blaas, maar het enige wat ik wil bereiken met mijn stelling is dat er serieus nagedacht gaat worden over ons bewustzijn en onze link met de werkelijkheid. De basis van mijn stelling is dat het heden wat alleen maar uit ons bewustzijn bestaat de werkelijke grens van het universum is. De ruimte en tijd van morgen bestaan nog niet. Onze reis door de tijd brengt ons er naar toe.


Een aantal stellingen en constateringen uit de relativiteitstheorie en de huidige wetenschap..

In de Quest van Maart 2005 stond ook nog een stukje over de uitleg van de Relativiteitstheorie van Einstein:
quote:
Zelfs natuurkundigen zijn het er over eens: de relativiteitstheorie echt begrijpen, dat kan geen mens. "Je moet je dan een vierdimensionale ruimte kunnen voorstellen, en dat is onmogelijk.", schreef de beroemde, aan een rolstoel gekluisterde natuurkundige Stephen Hawking daarover. Het beste is om de theorie gewoon maar over je heen te laten komen. De hoogtepunten van de relativiteitstheorie op een rij.

1. Beweging is relatief
Iemand die op het station staat, ziet de passagiers in de trein langskomen. Terwijl de passagiers toch echt zeggen dat ze stil zitten. Conclusie: beweging is relatief en hangt af van de beweging van de waarnemer.

2. De lichtsnelheid is constant
Of je nu heel hard op een lamp afrent, of er in een ruimteschip razendsnel vanaf vliegt; de snelheid waarmee licht op je afkomt, is voor iedereen altijd gelijk. Het beweegt met 300.000 kilometer per seconde, ofwel ruim een miljard kilometer per uur. Dat druist in tegen het gezonde verstand. Maar Einsteins meesterzet was om te zeggen: blijkbaar zit ons gezonde verstand ernaast. Als de lichtsnelheid voor iedere waarnemer constant is, dan is dat gewoon zo.

3. Wat beweegt, wordt kleiner
Maar hoe kan de lichtsnelheid nu voor iedereen hetzelfde zijn? Het antwoord daarop is simpel. Om snelheid te meten (het aantal meters per seconde), heb je onder meer een meetlat nodig. Blijkbaar is de meetlat van de persoon die naar de lamp toe vliegt korter dan de lat van degene die er vandaan gaat. Maar, en nu wordt het pas écht vreemd: de personen zelf merken daar niets van. Gezien vanuit hun standpunt, blijven hun meetlatten even lang.

4. Wat beweegt, vertraagt
En dat is niet het enige. Om de lichtsnelheid te meten, heb je behalve een meetlat ook een klok nodig. En omdat de lichtsnelheid voor iedere waarnemer hetzelfde is, loopt de klok van iemand die een lamp nadert langzamer dan de klok van degene van degene die van de lamp wegvliegt. Maar ook daarvan merken beiden niets.

5. Niets gaat zo snel als licht
Niemand kan sneller reizen dan het licht. Net zo snel als het licht dan? Dat kan ook al niet. De lichtsnelheid is de bovengrens. Het is best te begrijpen waarom. Een ruimteschip dat versnelt, krimpt en vertraagt. Dij de lichtsnelheid zou de tijd stilstaan en het ruimteschip verdwijnen.

6. Wat beweegt, wordt zwaarder
Aangezien niets zo snel gaat als het licht, moet je dus steeds harder tegen een ruimteschip aanduwen om hem steeds harder te laten gaan. Einstein besefte wat dat betekent. Eigenlijk wordt het ruimteschip steeds zwaarder. Zijn massa neemt toe. In een bewegend vliegtuig zijn we dus, naar de begrippen van iemand op de grond, iets zwaarder dan wanneer we stilstaan.

7. E=mc²
Ofwel: energie is massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat. Ofwel: een piepklein beetje massa bevat ontstellend veel energie. Dat verklaart waarom atoombommen zo verwoestend zijn: die zetten een heel klein beetje massa om in pure energie. Ooit is berekend dat er bij de omzetting van een volwassen mens in pure energie, een dreun zou klinken van zo’n acht zware waterstofbommen.

8. Tijd = ruimte
Niets gaat sneller dan licht. En dat betekent weer dat er een diepzinnig verband is tussen tijd en ruimte. Hoe hard je ook gaat, het kost altijd ‘tijd’ en ‘ruimte’ af te leggen. Einstein zag tijd als de vierde dimensie. We kunnen naar links, naar rechts, naar onder en naar boven, en intussen reizen we vooruit in de tijd.

9. Zwaartekracht is net zoiets als versnelling
Een lift die in beweging komt en stijgt, duwt je omlaag tegen de vloer. Op planeten gebeurt in feite hetzelfde. Ook op aarde worden we tegen de grond geduwd. Een planeet gedraagt zich dus net als een lift die steeds sneller omhaag gaat. Einstein zei daarom dat de zwaartekracht ‘equivalent’ is met versnelling. Hij noemde dat ‘de gelukkigste gedachte in mijn leven’.

10. Een zwaar object kromt de ruimtetijd
Een planeet moet je je voorstellen als een bowlingbal die een deuk maakt in een strakgetrokken laken. Zou je er een pingpongballetje naast leggen, dan rolt dat naar de deuk toe, alsof de bowlingbal hem aantrekt. Met zware objecten als planeten en sterren zit het net zo. Die duwen ‘kuilen’ in de ruimtetijd. Daardoor ‘rollen’ er andere objecten naar toe, en lijkt het alsof de planeten geheimzinnige aantrekkingskracht hebben. Die noemen we de zwaartekracht. Maar het is geen gewone kracht. De aantrekkingskracht is een gevolg van de krom geduwde ruimtetijd.

De kennis van deze zaken is voldoende om te begrijpen dat de relativiteitstheorie niet klopt.
U mag zich er natuurlijk verder in verdiepen, maar de bovengenoemde aannames kloppen en daarom is het niet noodzakelijk om verder elk detail uit te gaan pluizen. Bovengenoemde feiten kunnen door meerdere theorieën worden uitgelegd maar helaas houdt de wetenschap zich vooralsnog erg vast aan maar 1 optie, de theorie van Einstein. En ook ik geloof dat veel van de RT ( relativiteitstheorie) klopt, ik denk alleen dat we hem eens zouden moeten omdraaien. Veel onbegrijpelijke begrippen uit de RT zouden dan veel logischer worden en voor veel meer mensen te begrijpen. Ik heb als uitgangspunt dat iedereen de RT kan begrijpen met betrekking tot de lichtsnelheid. Daar hebben we maar weinig kennis van wiskunde voor nodig, ons voorstellingvermogen zal wel getoetst worden. Maar als we eenmaal tot het juiste inzicht komen is datgene waar ik het over wil hebben te begrijpen door een klein kind. Net als dat hetzelfde kleine kind begrijpt waarom de aarde rond is.






Lichtsnelheid….. 0.

Hoewel de natuurkunde er nog altijd vanuit gaat dat de lichtsnelheid de hoogst haalbare snelheid is vermoed ik juist het tegenovergestelde. Mijn inziens is de snelheid van het licht het absolute nulpunt van tijd en beweging. Voordat ik met de wetenschappelijke bewijzen kom, dat komt later, zou u eerst eens moeten proberen om uw kijk op ruimte en tijd een beetje anders te interpreteren. Onderstaande kan u wellicht op weg helpen waardoor u op een nieuwe manier kunt leren kijken.


1) Tijd en ruimte.

Een van de eerste dingen die u moet zien te begrijpen is het fenomeen tijd en ruimte. Men ziet deze 2 over het algemeen als 2 afzonderlijke dimensies waarbij ruimte 3 dimensionaal is en tijd slechts 1 dimensionaal. In zekere mate klopt dit wel omdat een ruimte volgens onze manier van kijken slechts 3 dimensies kent. De 4e dimensies ( tijd) is dan niets anders als het tijdstip waarop iets bestaat en staat zodoende los van de 3 andere dimensies.

Duidelijk mag zijn dat er in een volledig leeg heelal niets of niemand is om tijd te kunnen constateren. Maar betekent dit dan ook de afwezigheid van tijd? Neem bijvoorbeeld een bal. Een bal is een lege ruimte met een omhulsel. Wanneer de bal ouder wordt, en dat doet hij op het moment dat hij bestaat, dan wordt de ruimte in de bal vanzelfsprekend ook ouder.
Vergeet nu dat deze lege ruimte wordt omringd door de bal en focus u alleen op de ruimte in de bal. Zou tijd dan alleen maar hebben bestaan op het moment dat de ruimte was omhuld met een bal? Op het moment dat er ruimte is, dan is er ook tijd waarin deze ruimte zich bevindt. Tijd en ruimte bestaan dus eigenlijk gelijktijdig. Als er immers een massa is, dan neemt deze ook ruimte in. Zonder ruimte zou de bal geen plaats hebben gehad om in te bestaan. Ruimte en tijd kunnen dus nooit afzonderlijk van elkaar bestaan. Zonder ruimte is er geen tijd. Zonder tijd is er ook geen ruimte. Ze vormen samen een eenheid. Tijd is gelijk aan ruimte.
Iedereen weet dat ruimte niets anders is als een afstand. Wij meten over het algemeen afstanden van a naar b waarbij Ab de afstand is tussen 2 punten. Deze punten zijn dan b.v. verschillende massa´s. Een afstand vanaf jou huis tot aan de supermarkt is in wezen niets anders als de afstand tussen jou voordeur en de voordeur van de supermarkt.
Op het moment dat jij vanuit jouw huis naar de supermarkt gaat heb je een bepaalde weg af te leggen. Zonder dat men hierbij stil staat bestaat een afgelegde weg uiteindelijk alleen maar uit afgelegde tijd. Zonder tijd kun je immers geen weg afleggen. Jij verplaatst je weliswaar over een weg, maar de ruimte tussen jou en de supermarkt is eigenlijk niets anders dan tijd die je aflegt. Of je dit ook daadwerkelijk gaat doen is niet van belang. Op het moment dat er een afstand bestaat, bestaat er ook tijd. De afstand vanaf de aarde tot aan de maan bestaat uiteindelijk alleen maar uit tijd welke je nodig hebt om bij de maan te kunnen komen.
Hieruit zou je kunnen concluderen dat tijd en ruimte eigenlijk dezelfde zijn. Elke afstand vertegenwoordigt een stukje tijd waarbij jij zelf bepaald hoeveel tijd jij nodig hebt om deze afstand af te leggen. Op dit moment geldt dat de lichtsnelheid de hoogst haalbare snelheid is, waaruit je kunt afleiden dat de minimale tijd tussen ons en de maan, welke ook ongeveer 300.000km is, 1sec is. Zou je dus met de snelheid van het licht naar de maan vliegen dan zou je daar 1sec over doen en jij bent dan dus eigenlijk 1sec ouder.
Jouw totale afgelegde weg is dan eigenlijk 300.000km en 1 sec. Men kan onmogelijk deze afstand afleggen zonder dat er minimaal 1sec voorbij gaat.

Nou bewegen wij continue met verschillende snelheden of staan stil, de tijd lijkt altijd met een vaste snelheid voorbij te tikken. Gevoelsmatig kan een uur wel langer of korter duren, maar jou klokje trekt zich weinig aan van jou emotie. Toch kan de tijd inderdaad sneller of langzamer verlopen. Dit is al gebleken uit diverse experimenten. Tijd is gekoppeld aan een afgelegde weg. Uit een test met 3 atoomklokken is gebleken dat deze uit elkaar gaan lopen op het moment dat zij alle 3 een andere weg afleggen. Men heeft 1 klok op een vaste locatie neer gezet en vervolgens 2 andere klokken in tegengestelde richting om de aarde gevlogen.
Wat bleek nu? De klok welke met de draairichting van de aarde mee vloog liep voor op de vaste klok, en de klok welke tegen de draairichting van de aarde in werd gevlogen liep achter op de vaste klok. Stel je nou de aarde eens voor als een draaiende schijf en beeld je een vast punt voor ergens op de rand van de schijf. 1 omwenteling van de schijf stelt dan 40.000km voor.

Nu duurt 1 omwenteling precies 24 uur en laat je t.o.v. de vaste klok 2 klokken tegen elkaars richting invliegen. Deze klokken bewegen precies met dezelfde snelheid en doen beide ook 24 uur over het afleggen van 40.000km. De klok die met de draairichting van de schijf mee beweegt legt in 24uur dan 40.000km af ten opzichte van de vaste klok plus de 40.000km die de vaste klok zelf aflegde. Wat totaal dus 80.000km is. De andere klok legde 40.000km af ten opzichte van de vaste klok en legde 40.000km af minder doordat hij tegen de draairichting van aarde in ging. Hij heeft dan eigenlijk 0km afgelegd en stond stil terwijl de aarde onder hem door draaide.

Hieruit blijkt dus dat de tijd minder snel voorbij gaat op het moment dat je minder kilometers aflegt. Tijd en afgelegde weg zijn dus nauw met elkaar verbonden. Des te minder kilometers je maakt, des te trager gaat jou tijd. Dit is in tegenspraak met de relativiteitstheorie omdat deze juist bepaalt dat hoe meer kilometers je aflegt hoe trager de tijd gaat.
Bij de lichtsnelheid, waarbij je heel veel kilometers per seconde aflegt, zou jou tijd nagenoeg stil blijven staan. Daarbij vraag ik mij af wat een foton voor snelheid zou meten omdat er bij een foton na 300.000km nog helemaal geen tijd is verstreken. Wanneer er voor een foton een seconde voorbij zou zijn gegaan, dan had deze al oneindig veel kilometers afgelegd. Wat weer zou betekenen dat de werkelijke lichtsnelheid veel hoger zou moeten zijn als dat wij denken te meten.


2) Lengte contractie.

Een ander punt waar ik het niet mee eens ben is het fenomeen lengtecontractie. Wanneer voorwerpen versnelt richting de lichtsnelheid dan zouden deze korter worden in hun bewegingsrichting waarbij zij zelfs compleet zouden verdwijnen bij het halen van de lichtsnelheid. Ik denk dat dit maar deels waar is omdat een voorwerp namelijk niet zomaar in het niets kan verdwijnen. Misschien kunnen voorwerpen wel iets korter worden, maar dat heeft te maken met het steeds minder afleggen van ruimte. Tussen atomen onderling bestaat immers ruimte en als deze minder wordt krimpt het voorwerp ineen. Hier kom ik later op terug. Eerst zou ik duidelijk willen maken waarom bewegende voorwerpen korter lijken op het moment dat zij bewegen.


Als voorbeeld zou ik een balk van 300.000km lengte willen nemen. We weten al dat licht er 1sec over doet om 300.000km af te leggen dus kun je stellen dat als je een balk van bovengenoemde lengte neemt, je deze balk over meerdere tijdstippen waarneemt.
Wanneer je als waarnemer bij punt a staat, dan neem je punt b waar met 1 sec vertraging. Je kijkt dus eigenlijk in het verleden. Waarnemen is dus eigenlijk kijken in de tijd. Geen wetenschapper die dat niet bevestigt. Als deze balk nu beweegt met een bepaalde snelheid dan zul je het uiterste einde van de balk stil zien staan op het moment dat het punt aan jouw zijde begint te bewegen, pas na 1sec zul je punt b zien bewegen waardoor de balk eigenlijk iets korter lijkt. Als punt b immers begint te bewegen is punt a al een stuk verder van jou verwijderd. Over de gehele lengte zie je de balk dus korter worden, en des te verder je kijkt hoe korter hij lijkt. Stel dat de balk met 100km/sec beweegt, op het moment dat punt b begint te bewegen is punt a al 100km van jou verwijderd. De balk lijkt dus 100km korter. Dit is dus de reden van het optische bedrog van korter wordende lengtes. Vergeet niet dat alles wat wij zien eigenlijk alleen maar bestaat uit licht. Onze ogen zijn het scherm waarop de werkelijkheid geprojecteerd wordt.

De reden waarom een massa bij hoge snelheid echt een beetje korter wordt heeft te maken met het feit dat atomen dichter op elkaar komen te zitten op het moment dat je denkt te versnellen. Ik zeg denkt te versnellen omdat ik vermoed dat we eigenlijk vertragen. Dat zou ook mogen blijken uit het voorbeeld met de atoomklokken, waarbij de tijd langzamer gaat op het moment dat je vertraagt. Ik ga er nog steeds van uit dat de tijd het traagst gaat bij de lichtsnelheid, iets wat de wetenschap ook onderkend. Ruimte en tijd werken als een soort harmonica. Waneer je versnelt trek je de harmonica uit elkaar waardoor de ruimte toeneemt. Op het moment dat je vertraagt druk je de harmonica in elkaar waardoor de ruimte afneemt. Bij maximale vertraging is de harmonica op zijn kleinst en neemt zodoende ook de minste ruimte in. Ditzelfde principe geldt voor massa´s die de lichtsnelheid naderen. Bij de lichtsnelheid is de tussenliggende afstand tussen de atomen in de bewegingsrichting minimaal.
Een massa wordt hierdoor dus korter. Bij het versnellen neemt deze onderlinge afstand weer toe en wordt de massa weer langer in zijn bewegingsrichting. Om deze reden gaat de impuls/massa van een voorwerp ook naar oneindig bij de lichtsnelheid. Bij de lichtsnelheid staat de tijd stil en bestaat er ook geen ruimte meer tussen de atomen. Bij lichtsnelheid is de afgelegde weg 0 en bestaat er voor een atoom ook geen ruimte meer om te bewegen. Hierdoor wordt een massa dus kleiner bij versnellen richting de lichtsnelheid. Vergeet niet dat als ik het over de lichtsnelheid heb ik daar mee bedoel het absolute nulpunt van beweging, en dat elke beweging t.o.v. onszelf weliswaar een snelheid lijkt maar eigenlijk afremmen is. Het is ook niet vreemd dat een massa oneindig groot zou worden bij het bereiken van de lichtsnelheid, alle materie van de massa moet bestaan in een ruimte die er niet meer is.



3) Snelheid van tijd.

Wat is snelheid? Op het moment dat men het over snelheid heeft denkt men al gauw aan een afgelegde weg per tijdseenheid en dit is niet geheel onbegrijpelijk. Als ik het dus heb over de snelheid van tijd zal men in eerste instantie zeggen dat dat niet kan omdat tijd zelf geen snelheid heeft. Dan vraag ik mij toch ook af wat tijdsdilatie dan is, het betekend immers dat de tijd langzamer of trager gaat. Dit berust dan op een groot misverstand omdat tijd rechtstreeks is terug te voeren naar een afgelegde weg. Waardoor de sec niets anders is als een vast aantal km per periode. Eerst zal ik proberen duidelijk te maken waar de oorsprong van onze klok vandaan komt omdat niemand zich meer schijnt te realiseren dat de seconde rechtstreeks is af te leiden van de omwenteling van de aarde om de zon. Het is geen toeval dat een jaar 12 maanden heeft en onze klok is gebaseerd op etmalen van 24 uur.
Als u zich bedenkt dat een jaar 12maanden lang dagen heeft en 12 maanden lang nachten kun u zich makkelijk voorstellen waarom een volle dag 24 uur heeft.
Elke dag bestaat immers uit 12 uren dag en 12 uren nacht. Men heeft ooit de cyclus van de aarde afgeleid van de 12 sterrenbeelden van de dierenriem. Per sterrenbeeld ging er 1 maand cyclus voorbij waarna men na 12 maanden op 12 periodes van de maan kwam. Als je het zonnestelsel als een klok beschouwt dan kun je de maan als de kleine wijzer nemen. De rotaties van de aarde kun je dan zien als de seconde wijzer. Waarbij de jaren de grote wijzere voorstelt. Vroeger telde een jaar 360 dagen welke onderverdeeld werden in 12 maanden. Een maand bestaat zodoende uit ongeveer 30 dagen ( dit is later bijgesteld) waarbij er 30 dagen en 30 nachten zijn. Zodoende kom je uit op 60 periodes per maand. Op de universele klok gelden de jaren dus voor de dagen, de maanden voor de uren en de dagen voor de minuten.

Het is natuurlijk duidelijk dat een jaar een bepaalde afgelegde weg is. In 1 jaar tijd draaien wij 1 maal om de zon en hierbij leggen wij ook een aantal kilometers af. Op dit moment gaan wij ervan uit dat wij t.o.v. de zon elke seconde 30km afleggen. Een seconde staat dus eigenlijk voor 30km afgelegde weg door de ruimte. De snelheid van de zon zelf rond het middelpunt van de melkweg laten we nog buiten beschouwing. Hoe snel beweegt de melkweg, ooit over nagedacht? Wanneer men dus over een snelheid spreekt van m/sec betekend dat eigenlijk meters/30km. Waarbij 30km staat voor 1sec.
Dit is een beetje lastig, maar stel dat de aarde sneller zou gaan draaien om de zon dan leggen we deze 30km af in een kortere periode en worden de secondes uiteindelijk korter. Omdat een seconde staat voor 30km zouden wij door te versnellen of vertragen langer of korter over deze seconde kunnen doen. Dit zou je kunnen zien als de snelheid van tijd. De tijd is eigenlijk niets anders als een trein welke met snelheid door de ruimte gaat waarbij wij om de 30km een impuls achterlaten. Alle beweging op aarde kun je zien als beweging binnen in de trein waardoor een afgelegde weg in de trein een afgelegde weg per 30km is. Nooit zullen wij merken of de trein versnelt of vertraagt omdat alles met de trein mee versnelt of vertraagt. De tijd werkt als een grote machine waarmee wij allemaal in contact staan. Gaat de trein langzamer, dan gaan wij ook langzamer en lopen onze klokjes ook langzamer..



4) Hoe ontstaat tijdsverschil?

Deze vraag is misschien al een beetje duidelijk geworden d.m.v. mijn voorbeeld met de atoomklokken, maar ik zal hier een iets duidelijker voorbeeld van proberen te geven. Het is belangrijk om te begrijpen dat tijd letterlijk een afgelegde weg heeft en dat wij ons dus met een bepaalde snelheid door de tijd begeven. Wat wij meten als lichtsnelheid is eigenlijk de snelheid waarmee wij ons door de tijd begeven. Licht blijft slechts achter als spoor van energie en kan dit in alle richtingen tegelijk doen omdat tijd maar 2 richtingen kent. De richting van tijd gaat altijd van heden richting toekomst. Verleden is afgelegde ruimte waardoor licht achterblijft in de ruimte om ons heen. Dit is weliswaar een dimensie die ons nu nog vreemd is, maar uiteindelijk zal het allemaal veel eenvoudiger worden om te begrijpen als men zich bewust wordt van de dimensie tijd als ruimtelijke dimensie.

Al eerder stelde ik de tijd voor als een trein welke met snelheid door de ruimte beweegt. De afgelegde weg van de trein is afgelegde ruimte/tijd. Wij zitten met z´n allen in deze trein en bewegen met dezelfde snelheid als de trein op het moment dat wij stilzitten. We kunnen iets versnellen of vertragen t.o.v. de trein door naar voren of achteren te bewegen.
Dit is ook het gene wat men deed met de proef met 3 atoomklokken, waarbij het tijdsverloop sneller of langzamer ging afhankelijk van de richting waarin de klok werd bewogen.
Net als dat alle planeten zich in een kromme baan om de zon gaan zo leggen wij door de tijd ook een zekere kromme baan af. Het spoor waar de trein over rijdt gaat dus in een bepaalde bocht. De tijd is krom zou je kunnen zeggen. Nu kunnen we sneller of langzamer als de trein bewegen waardoor we per sec (nu nog gesteld op 30km) meer of minder kilometers kunnen afleggen. Wanneer wij sneller als de trein gaan dan zal ons klokje voor gaan lopen, wanneer wij vertragen dan zal ons klokje langzamer gaan lopen t.o.v. de personen welke stilzitten in de trein. Wanneer wij nu met lichtsnelheid bewegen dan staan wij eigenlijk stil t.o.v. de trein en zouden wij er oneindig lang over doen om 30km af te leggen. In werkelijkheid is de snelheid van de trein veel hoger waardoor wij per seconde 300.000km af leggen. Licht is slechts het spoor waar de trein over rijdt. Bij het overschrijden van de lichtsnelheid gaan wij eigenlijk achteruit over het spoor en belanden we in het licht van het verleden.

Wat er nu gebeurt als een persoon vertraagt richting de lichtsnelheid. Hij versnelt t.o.v. de trein (dus ons), waardoor hij afwijkt van de kromming van het spoor doordat hij minder naar buiten wordt geslingerd. Doordat de trein (tijd) immers met hoge snelheid in een kromming beweegt wordt iedereen immers een beetje naar buiten geslingerd.
Ik vermoed dat deze kracht verband houdt met de zwaartekracht, maar ben hier nog niet helemaal uit.
Maar door te bewegen verplaatst een persoon zich dus naar de tragere binnenzijde van de trein. Ten opzichte van de personen die zich niet bewegen legt hij dus eigenlijk een iets kortere weg af. Dat kun je zien als dat je in een enorme centrifuge zit waarbij alles wat zich meer naar binnen bevindt per omwenteling een kortere weg aflegt.
Op het moment dat de persoon weer stopt met bewegen wordt hij weer maximaal naar buiten geslingerd, maar heeft dan tijdens zijn beweging iets minder afstand afgelegd. Hierdoor loopt zijn klokje dan dus een beetje achter. Een seconde stond immers voor 30km en hij had tijdelijk een kleinere omloopsnelheid.


5) Waarnemen bij stilstaand licht.

Dit is denk ik wel het moeilijkste gedeelte van mijn theorie en heb het daarom ook maar tot het eind bewaard. Hoe kun je nou iets zien als het licht stil blijft staan? Dit is natuurlijk geen onbegrijpelijke vraag. Dit zal menig persoon zijn verstand te boven gaan, en vreemd is dat niet. Was de aarde vroeger plat en waren de sterren gaten in een gordijn. Ons idee van tijd en ruimte zal voorgoed veranderen, hoe lang dat nog gaat duren weet ik niet, maar dat het gaat veranderen weet ik zeer zeker.

Eigenlijk is het heel simpel, maar we kunnen ons hier nog geen goede voorstelling van maken. Dat is gewoon een kwestie van tijd. Ik zal toch proberen uit te leggen hoe de dimensie tijd eigenlijk in elkaar zit. Men heeft het tegenwoordig over 13 opgerolde dimensies in de string theorie. Dat is nog niets vergeleken met het aantal werkelijke dimensies. Er zijn namelijk net zoveel dimensies als dat er massa´s zijn. En eigenlijk kom je dan al gauw uit op oneindig veel dimensies. Ik zal trachten uit te leggen hoe je deze dimensies dan kunt zien. Een dimensie moet immers wel zichtbaar zijn, en opgerold is een dimensie geen dimensie.
Om te beginnen moet je je bewust zijn van de tijd en het absolute moment nu. Ieder mens bevindt zich op een andere plaats waardoor ook het absolute moment nu voor ieder persoon op een andere plek is. Er zijn dus eigenlijk meerdere momenten nu en deze gaan razendsnel voorbij. Ik zou willen zeggen dat deze momenten voorbij gaan met de lichtsnelheid, omdat je bij de lichtsnelheid stil blijft staan in het nu.

Ten opzichte van jezelf bevindt alles zich eigenlijk in de toekomst. Om ergens naar toe te gaan moet je immers tijd afleggen waardoor elke afstand een stukje tijd vertegenwoordigt.
Neem nogmaals de supermarkt als voorbeeld, als het voor jouw 5 minuten fietsen is naar de supermarkt bevindt de supermarkt zich t.o.v. jouw 5 minuten in de toekomst. Het woord toekomst zegt het eigenlijk al, het komt naar je toe. Nu kun je natuurlijk heel lang wachten totdat de supermarkt naar je toe is gekomen, maar helaas. Net als dat jij per seconde 300.000km aflegt, zo legt de supermarkt ook elke seconde 300.000km af en zal zodoende nooit naar jou toe komen. Op een tijdslijn bevindt alles zich om jou heen in de toekomst en beweegt ook alles tegelijk met jou mee. Alles wat stilstaat t.o.v. jou heeft dezelfde snelheid als jou en komt dus niet naar jou toe. Wat is nu het geval met licht. Licht is niets anders als verbruikte energie en laat een spoor achter welke stil blijft staan in de tijd. Stel je eigen tijd, het moment nu, op tijdtip 0 minuten. Als jij er minimaal 5 minuten over kunt doen om bij de supermarkt te komen dan kun je de supermarkt op tijdstip 5 minuten plaatsen. Dat is de snelste tijd die jij kunt maken om bij de supermarkt te komen.

Onze werkelijke snelheid door de tijd is de lichtsnelheid. Stel dat wij een lichtsnelheid zouden meten van 100m/sec, dan zou dat onze snelheid door de tijd zijn. Als een lamp bij de supermarkt nu aan zou gaan en deze is b.v. 1 kilometer bij jou vandaan, dan reis jij met 100m/sec richting de toekomst en zal het licht dan na 10sec waarnemen. Het licht zelf heeft geen enkele meter afgelegd, maar is gewoon stil blijven staan in de tijd.

De reden dat dit moeilijk te begrijpen is dat dit zou betekenen dat wij in alle richtingen tegelijk zouden moeten bewegen. Dat strookt niet met onze huidige gedachte wat dimensies betreft. Als men in gaat zien dat de dimensie tijd wel in alle richtingen tegelijk gaat, dan zal dit veel beter te begrijpen zijn. Door dit te begrijpen zal men in gaan zien dat verleden en toekomst een cirkel vormen waarbij licht eerst richting verleden gaat, waarna verleden weer toekomst wordt. Een lichtstraal welke b.v. richting de maan gaat is een lichtstraal richting het verleden, en kan men ook niet zien. Echter wanneer deze lichtstraal is aangekomen en zichzelf weerspiegeld zal deze weerspiegeling zich t.o.v. ons in de toekomst bevinden en naar ons toekomen doordat wij verder gaan in de tijd.

Een eenvoudige manier om aan te tonen dat licht daadwerkelijk stilstaat zijn de volgende 2 voorbeelden. Ik zal eerst volgens de bestaande tijdsdilatie formule aantonen wat er gebeurt met massa’s die t.o.v. elkaar met verschillende snelheden door het heelal bewegen.


6) Wiskundig bewijs en proef.


Stel ik vertrek vanaf de aarde met een ruimteschip naar een sterrenstelsel op 10 lichtjaar afstand van de aarde. Ik doe dit met een gemiddelde snelheid van 80% van de lichtsnelheid.

Gezien vanuit de aarde doe ik daar
t = s / v
t = 10 / 0,8 = 12,5 jaar over


Volgens de formule van tijd dilatatie
t' = t * Sqrt(1-v2)

is de verstreken tijd op het schip echter
12,5 * Sqrt(1-(0,8*0,8) = 12,5 * 0,6 = 7,5 jaar

Omdat de persoon in het ruimteschip in zijn tijd er maar 7,5 jaar over gedaan heeft maar wel met een gemiddelde snelheid van 0,8c gereisd heeft, heeft deze een afstand afgelegd van 7,5 * 0,8c = 6 lichtjaren. De ruimte is voor de persoon in het ruimteschip gedurende de reis gekrompen geweest t.o.v. de aarde.


Wat nu als het geen ruimteschip is, maar een foton.
Gezien vanaf de aarde is de reistijd 10 jaar (de afstand is 10 lichtjaar).

Echter gezien vanaf de foton is de reistijd
10 * Sqrt(1-(1*1)) = 0 jaar

De afstand voor de foton is

0 jaar * 1c = 0 lichtjaar.

Gezien vanaf de foton staat licht stil.

Met enige kennis van wiskunde valt hiermee aan te tonen dat elke snelheid die de lichtsnelheid nadert steeds minder kilometers aflegt, men gaat eigenlijk steeds trager.

Om mijn theorie ook te bewijzen kunnen we het volgende doen.

Bovengenoemde waarnemers kunnen nooit bepalen wie er nu werkelijk het snelst beweegt. Beide kunnen immers zeggen dat zij stilstaan en dat de ander beweegt. Iedere waarnemer staat immers stil t.o.v. zichzelf. Om het verschil in hun afgelegde weg te bepalen kunnen ze het volgende afspreken. Ze besluiten om iedere keer als er voor hen een seconde voorbij gaat dat ze 1 meter draad afrollen op een enorme katrol. Beide stellen dus voor dat ze 1m/sec bewegen t.o.v. de draadlengte.




Een bewegende klok loopt langzamer terwijl de lichtsnelheid altijd gelijk blijft, iedere seconde 1 meter draad meten geeft hetzelfde effect.

1 persoon blijft achter op aarde terwijl een tweede een ruimtereis gaat maken.
Ik wil nu weten wie de meeste km af gaat leggen omdat je niet zomaar kunt stellen dat 1 van de 2 stilstaat en de ander beweegt. Alles beweegt, ook de aarde.

Ze spreken het volgende af..

Iedere seconde rollen ze 1 meter touw af. Nu vertrekt er 1 met 80% van de lichtsnelheid naar een planeet 10 lichtjaar hier vandaan. Als hij terugkomt meten beide waarnemers de lengte van het touw op. Wie heeft het langste stuk touw in handen?

Inderdaad, de persoon die achterbleef op aarde. Deze persoon heeft dus meer kilometers afgelegd dan de persoon die een reis maakte. Ze hadden namelijk in plaats van dat touw ook de lichtsnelheid als constante kunnen gebruiken. Stel maar even eenvoudig voor dat 1 meter touw staat voor 300.000km. Dat maakt geen verschil, minder tijd is minder kilometers.

Bij het bereiken van de lichtsnelheid staan we stil in ruimte en tijd. De lichtsnelheid is het absolute nulpunt van tijd en ruimte. Wij verplaatsen ons door de tijd waarbij licht achterblijft als spoor van verbruikte tijd en ruimte. De grens van het universum breidt zich uit met de lichtsnelheid, wij zijn de grens. Morgen bestaat nog niet. Daar is ook nog geen ruimte.
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:52

From: Cugel

De relativiteitstheorie klopt maar wordt verkeerd geïnterpreteerd..



Grote veranderingen van onze werkelijkheid zijn nooit zonder schok of stoot de wereld in gebracht. Ideeën en theorieën over het heelal en de werkelijkheid komen dan ook langzaam tot stand vooral omdat men zich liever vastbijt in datgene wat we nu denken te weten. Het geeft ons ook een zeker gevoel van veiligheid. Het is fijn als je weet waar je je bevindt. Toch is het goed om soms een stapje verder te gaan en het avontuur te kiezen van de onbekende weg. De kijk op de werkelijkheid kan zo behoorlijk veranderen. Was Columbus gewoon een avonturier of een gek? Hij bewees eigenlijk dat de wereld rond was, waarom durfde hij zijn tocht aan en overwon zijn vrees om van de aarde te vallen? Ik denk dat je soms moet gokken en zien wat er gebeurt. En zelfs dan…. toen bewezen werd dat de aarde rond was duurde het nog enige tijd voordat de gewone man in de straat dit kon bevatten. Nu begrijpt een klein kind dat de aarde rond is en mede door de kennis hiervan is men in staat om de aarde ook als ronde planeet te kunnen aanschouwen.

We kunnen nu heel simpel verklaren waarom schepen achter de horizon verdwijnen doordat zij gewoon over een gigantische bol bewegen. Het idee van een platte aarde is nu gewoon niet meer te bevatten. Men zou zich nu zelfs afvragen hoe men dit ooit kon hebben gedacht. We zien immers genoeg aanwijzingen waaruit blijkt dat de aarde wel rond moet zijn. Denk maar aan de schaduw die de zon en de maan ondervinden bij een verduistering. Deze schaduwen geven ons al heel snel het bewijs dat de aarde rond moet zijn. Waarom zagen de mensen dit lang geleden niet, wat dachten zij toen. Een platte aarde leunend op een enorme reuzenschildpad is eigenlijk te gek voor woorden. Hoe konden intelligente wezens dit ooit bedenken? De tijd heeft ons veel geleerd en nog steeds leren wij bij. Wat ik u wil vertellen is in zekere zin schokkend, de werkelijkheid is zo anders als dat wij altijd dachten dat het ook enige tijd zal duren voordat wij zover zijn om dit allemaal te bevatten. Ik vraag u daarom ook om gewoon de informatie te lezen die u hier ziet en daar gewoon eens rustig over na te denken. Wetenschap en filosofie zullen duidelijk samenvallen en uw begrip over ruimte en tijd zullen totaal anders worden. Misschien vindt u dat ik wat hoog van de toren blaas, maar het enige wat ik wil bereiken met mijn stelling is dat er serieus nagedacht gaat worden over ons bewustzijn en onze link met de werkelijkheid. De basis van mijn stelling is dat het heden wat alleen maar uit ons bewustzijn bestaat de werkelijke grens van het universum is. De ruimte en tijd van morgen bestaan nog niet. Onze reis door de tijd brengt ons er naar toe.


Een aantal stellingen en constateringen uit de relativiteitstheorie en de huidige wetenschap..

In de Quest van Maart 2005 stond ook nog een stukje over de uitleg van de Relativiteitstheorie van Einstein:
quote:
Zelfs natuurkundigen zijn het er over eens: de relativiteitstheorie echt begrijpen, dat kan geen mens. "Je moet je dan een vierdimensionale ruimte kunnen voorstellen, en dat is onmogelijk.", schreef de beroemde, aan een rolstoel gekluisterde natuurkundige Stephen Hawking daarover. Het beste is om de theorie gewoon maar over je heen te laten komen. De hoogtepunten van de relativiteitstheorie op een rij.

1. Beweging is relatief
Iemand die op het station staat, ziet de passagiers in de trein langskomen. Terwijl de passagiers toch echt zeggen dat ze stil zitten. Conclusie: beweging is relatief en hangt af van de beweging van de waarnemer.

2. De lichtsnelheid is constant
Of je nu heel hard op een lamp afrent, of er in een ruimteschip razendsnel vanaf vliegt; de snelheid waarmee licht op je afkomt, is voor iedereen altijd gelijk. Het beweegt met 300.000 kilometer per seconde, ofwel ruim een miljard kilometer per uur. Dat druist in tegen het gezonde verstand. Maar Einsteins meesterzet was om te zeggen: blijkbaar zit ons gezonde verstand ernaast. Als de lichtsnelheid voor iedere waarnemer constant is, dan is dat gewoon zo.

3. Wat beweegt, wordt kleiner
Maar hoe kan de lichtsnelheid nu voor iedereen hetzelfde zijn? Het antwoord daarop is simpel. Om snelheid te meten (het aantal meters per seconde), heb je onder meer een meetlat nodig. Blijkbaar is de meetlat van de persoon die naar de lamp toe vliegt korter dan de lat van degene die er vandaan gaat. Maar, en nu wordt het pas écht vreemd: de personen zelf merken daar niets van. Gezien vanuit hun standpunt, blijven hun meetlatten even lang.

4. Wat beweegt, vertraagt
En dat is niet het enige. Om de lichtsnelheid te meten, heb je behalve een meetlat ook een klok nodig. En omdat de lichtsnelheid voor iedere waarnemer hetzelfde is, loopt de klok van iemand die een lamp nadert langzamer dan de klok van degene van degene die van de lamp wegvliegt. Maar ook daarvan merken beiden niets.

5. Niets gaat zo snel als licht
Niemand kan sneller reizen dan het licht. Net zo snel als het licht dan? Dat kan ook al niet. De lichtsnelheid is de bovengrens. Het is best te begrijpen waarom. Een ruimteschip dat versnelt, krimpt en vertraagt. Dij de lichtsnelheid zou de tijd stilstaan en het ruimteschip verdwijnen.

6. Wat beweegt, wordt zwaarder
Aangezien niets zo snel gaat als het licht, moet je dus steeds harder tegen een ruimteschip aanduwen om hem steeds harder te laten gaan. Einstein besefte wat dat betekent. Eigenlijk wordt het ruimteschip steeds zwaarder. Zijn massa neemt toe. In een bewegend vliegtuig zijn we dus, naar de begrippen van iemand op de grond, iets zwaarder dan wanneer we stilstaan.

7. E=mc²
Ofwel: energie is massa maal de lichtsnelheid in het kwadraat. Ofwel: een piepklein beetje massa bevat ontstellend veel energie. Dat verklaart waarom atoombommen zo verwoestend zijn: die zetten een heel klein beetje massa om in pure energie. Ooit is berekend dat er bij de omzetting van een volwassen mens in pure energie, een dreun zou klinken van zo’n acht zware waterstofbommen.

8. Tijd = ruimte
Niets gaat sneller dan licht. En dat betekent weer dat er een diepzinnig verband is tussen tijd en ruimte. Hoe hard je ook gaat, het kost altijd ‘tijd’ en ‘ruimte’ af te leggen. Einstein zag tijd als de vierde dimensie. We kunnen naar links, naar rechts, naar onder en naar boven, en intussen reizen we vooruit in de tijd.

9. Zwaartekracht is net zoiets als versnelling
Een lift die in beweging komt en stijgt, duwt je omlaag tegen de vloer. Op planeten gebeurt in feite hetzelfde. Ook op aarde worden we tegen de grond geduwd. Een planeet gedraagt zich dus net als een lift die steeds sneller omhaag gaat. Einstein zei daarom dat de zwaartekracht ‘equivalent’ is met versnelling. Hij noemde dat ‘de gelukkigste gedachte in mijn leven’.

10. Een zwaar object kromt de ruimtetijd
Een planeet moet je je voorstellen als een bowlingbal die een deuk maakt in een strakgetrokken laken. Zou je er een pingpongballetje naast leggen, dan rolt dat naar de deuk toe, alsof de bowlingbal hem aantrekt. Met zware objecten als planeten en sterren zit het net zo. Die duwen ‘kuilen’ in de ruimtetijd. Daardoor ‘rollen’ er andere objecten naar toe, en lijkt het alsof de planeten geheimzinnige aantrekkingskracht hebben. Die noemen we de zwaartekracht. Maar het is geen gewone kracht. De aantrekkingskracht is een gevolg van de krom geduwde ruimtetijd.

De kennis van deze zaken is voldoende om te begrijpen dat de relativiteitstheorie niet klopt.
U mag zich er natuurlijk verder in verdiepen, maar de bovengenoemde aannames kloppen en daarom is het niet noodzakelijk om verder elk detail uit te gaan pluizen. Bovengenoemde feiten kunnen door meerdere theorieën worden uitgelegd maar helaas houdt de wetenschap zich vooralsnog erg vast aan maar 1 optie, de theorie van Einstein. En ook ik geloof dat veel van de RT ( relativiteitstheorie) klopt, ik denk alleen dat we hem eens zouden moeten omdraaien. Veel onbegrijpelijke begrippen uit de RT zouden dan veel logischer worden en voor veel meer mensen te begrijpen. Ik heb als uitgangspunt dat iedereen de RT kan begrijpen met betrekking tot de lichtsnelheid. Daar hebben we maar weinig kennis van wiskunde voor nodig, ons voorstellingvermogen zal wel getoetst worden. Maar als we eenmaal tot het juiste inzicht komen is datgene waar ik het over wil hebben te begrijpen door een klein kind. Net als dat hetzelfde kleine kind begrijpt waarom de aarde rond is.






Lichtsnelheid….. 0.

Hoewel de natuurkunde er nog altijd vanuit gaat dat de lichtsnelheid de hoogst haalbare snelheid is vermoed ik juist het tegenovergestelde. Mijn inziens is de snelheid van het licht het absolute nulpunt van tijd en beweging. Voordat ik met de wetenschappelijke bewijzen kom, dat komt later, zou u eerst eens moeten proberen om uw kijk op ruimte en tijd een beetje anders te interpreteren. Onderstaande kan u wellicht op weg helpen waardoor u op een nieuwe manier kunt leren kijken.


1) Tijd en ruimte.

Een van de eerste dingen die u moet zien te begrijpen is het fenomeen tijd en ruimte. Men ziet deze 2 over het algemeen als 2 afzonderlijke dimensies waarbij ruimte 3 dimensionaal is en tijd slechts 1 dimensionaal. In zekere mate klopt dit wel omdat een ruimte volgens onze manier van kijken slechts 3 dimensies kent. De 4e dimensies ( tijd) is dan niets anders als het tijdstip waarop iets bestaat en staat zodoende los van de 3 andere dimensies.

Duidelijk mag zijn dat er in een volledig leeg heelal niets of niemand is om tijd te kunnen constateren. Maar betekent dit dan ook de afwezigheid van tijd? Neem bijvoorbeeld een bal. Een bal is een lege ruimte met een omhulsel. Wanneer de bal ouder wordt, en dat doet hij op het moment dat hij bestaat, dan wordt de ruimte in de bal vanzelfsprekend ook ouder.
Vergeet nu dat deze lege ruimte wordt omringd door de bal en focus u alleen op de ruimte in de bal. Zou tijd dan alleen maar hebben bestaan op het moment dat de ruimte was omhuld met een bal? Op het moment dat er ruimte is, dan is er ook tijd waarin deze ruimte zich bevindt. Tijd en ruimte bestaan dus eigenlijk gelijktijdig. Als er immers een massa is, dan neemt deze ook ruimte in. Zonder ruimte zou de bal geen plaats hebben gehad om in te bestaan. Ruimte en tijd kunnen dus nooit afzonderlijk van elkaar bestaan. Zonder ruimte is er geen tijd. Zonder tijd is er ook geen ruimte. Ze vormen samen een eenheid. Tijd is gelijk aan ruimte.
Iedereen weet dat ruimte niets anders is als een afstand. Wij meten over het algemeen afstanden van a naar b waarbij Ab de afstand is tussen 2 punten. Deze punten zijn dan b.v. verschillende massa´s. Een afstand vanaf jou huis tot aan de supermarkt is in wezen niets anders als de afstand tussen jou voordeur en de voordeur van de supermarkt.
Op het moment dat jij vanuit jouw huis naar de supermarkt gaat heb je een bepaalde weg af te leggen. Zonder dat men hierbij stil staat bestaat een afgelegde weg uiteindelijk alleen maar uit afgelegde tijd. Zonder tijd kun je immers geen weg afleggen. Jij verplaatst je weliswaar over een weg, maar de ruimte tussen jou en de supermarkt is eigenlijk niets anders dan tijd die je aflegt. Of je dit ook daadwerkelijk gaat doen is niet van belang. Op het moment dat er een afstand bestaat, bestaat er ook tijd. De afstand vanaf de aarde tot aan de maan bestaat uiteindelijk alleen maar uit tijd welke je nodig hebt om bij de maan te kunnen komen.
Hieruit zou je kunnen concluderen dat tijd en ruimte eigenlijk dezelfde zijn. Elke afstand vertegenwoordigt een stukje tijd waarbij jij zelf bepaald hoeveel tijd jij nodig hebt om deze afstand af te leggen. Op dit moment geldt dat de lichtsnelheid de hoogst haalbare snelheid is, waaruit je kunt afleiden dat de minimale tijd tussen ons en de maan, welke ook ongeveer 300.000km is, 1sec is. Zou je dus met de snelheid van het licht naar de maan vliegen dan zou je daar 1sec over doen en jij bent dan dus eigenlijk 1sec ouder.
Jouw totale afgelegde weg is dan eigenlijk 300.000km en 1 sec. Men kan onmogelijk deze afstand afleggen zonder dat er minimaal 1sec voorbij gaat.

Nou bewegen wij continue met verschillende snelheden of staan stil, de tijd lijkt altijd met een vaste snelheid voorbij te tikken. Gevoelsmatig kan een uur wel langer of korter duren, maar jou klokje trekt zich weinig aan van jou emotie. Toch kan de tijd inderdaad sneller of langzamer verlopen. Dit is al gebleken uit diverse experimenten. Tijd is gekoppeld aan een afgelegde weg. Uit een test met 3 atoomklokken is gebleken dat deze uit elkaar gaan lopen op het moment dat zij alle 3 een andere weg afleggen. Men heeft 1 klok op een vaste locatie neer gezet en vervolgens 2 andere klokken in tegengestelde richting om de aarde gevlogen.
Wat bleek nu? De klok welke met de draairichting van de aarde mee vloog liep voor op de vaste klok, en de klok welke tegen de draairichting van de aarde in werd gevlogen liep achter op de vaste klok. Stel je nou de aarde eens voor als een draaiende schijf en beeld je een vast punt voor ergens op de rand van de schijf. 1 omwenteling van de schijf stelt dan 40.000km voor.

Nu duurt 1 omwenteling precies 24 uur en laat je t.o.v. de vaste klok 2 klokken tegen elkaars richting invliegen. Deze klokken bewegen precies met dezelfde snelheid en doen beide ook 24 uur over het afleggen van 40.000km. De klok die met de draairichting van de schijf mee beweegt legt in 24uur dan 40.000km af ten opzichte van de vaste klok plus de 40.000km die de vaste klok zelf aflegde. Wat totaal dus 80.000km is. De andere klok legde 40.000km af ten opzichte van de vaste klok en legde 40.000km af minder doordat hij tegen de draairichting van aarde in ging. Hij heeft dan eigenlijk 0km afgelegd en stond stil terwijl de aarde onder hem door draaide.

Hieruit blijkt dus dat de tijd minder snel voorbij gaat op het moment dat je minder kilometers aflegt. Tijd en afgelegde weg zijn dus nauw met elkaar verbonden. Des te minder kilometers je maakt, des te trager gaat jou tijd. Dit is in tegenspraak met de relativiteitstheorie omdat deze juist bepaalt dat hoe meer kilometers je aflegt hoe trager de tijd gaat.
Bij de lichtsnelheid, waarbij je heel veel kilometers per seconde aflegt, zou jou tijd nagenoeg stil blijven staan. Daarbij vraag ik mij af wat een foton voor snelheid zou meten omdat er bij een foton na 300.000km nog helemaal geen tijd is verstreken. Wanneer er voor een foton een seconde voorbij zou zijn gegaan, dan had deze al oneindig veel kilometers afgelegd. Wat weer zou betekenen dat de werkelijke lichtsnelheid veel hoger zou moeten zijn als dat wij denken te meten.


2) Lengte contractie.

Een ander punt waar ik het niet mee eens ben is het fenomeen lengtecontractie. Wanneer voorwerpen versnelt richting de lichtsnelheid dan zouden deze korter worden in hun bewegingsrichting waarbij zij zelfs compleet zouden verdwijnen bij het halen van de lichtsnelheid. Ik denk dat dit maar deels waar is omdat een voorwerp namelijk niet zomaar in het niets kan verdwijnen. Misschien kunnen voorwerpen wel iets korter worden, maar dat heeft te maken met het steeds minder afleggen van ruimte. Tussen atomen onderling bestaat immers ruimte en als deze minder wordt krimpt het voorwerp ineen. Hier kom ik later op terug. Eerst zou ik duidelijk willen maken waarom bewegende voorwerpen korter lijken op het moment dat zij bewegen.


Als voorbeeld zou ik een balk van 300.000km lengte willen nemen. We weten al dat licht er 1sec over doet om 300.000km af te leggen dus kun je stellen dat als je een balk van bovengenoemde lengte neemt, je deze balk over meerdere tijdstippen waarneemt.
Wanneer je als waarnemer bij punt a staat, dan neem je punt b waar met 1 sec vertraging. Je kijkt dus eigenlijk in het verleden. Waarnemen is dus eigenlijk kijken in de tijd. Geen wetenschapper die dat niet bevestigt. Als deze balk nu beweegt met een bepaalde snelheid dan zul je het uiterste einde van de balk stil zien staan op het moment dat het punt aan jouw zijde begint te bewegen, pas na 1sec zul je punt b zien bewegen waardoor de balk eigenlijk iets korter lijkt. Als punt b immers begint te bewegen is punt a al een stuk verder van jou verwijderd. Over de gehele lengte zie je de balk dus korter worden, en des te verder je kijkt hoe korter hij lijkt. Stel dat de balk met 100km/sec beweegt, op het moment dat punt b begint te bewegen is punt a al 100km van jou verwijderd. De balk lijkt dus 100km korter. Dit is dus de reden van het optische bedrog van korter wordende lengtes. Vergeet niet dat alles wat wij zien eigenlijk alleen maar bestaat uit licht. Onze ogen zijn het scherm waarop de werkelijkheid geprojecteerd wordt.

De reden waarom een massa bij hoge snelheid echt een beetje korter wordt heeft te maken met het feit dat atomen dichter op elkaar komen te zitten op het moment dat je denkt te versnellen. Ik zeg denkt te versnellen omdat ik vermoed dat we eigenlijk vertragen. Dat zou ook mogen blijken uit het voorbeeld met de atoomklokken, waarbij de tijd langzamer gaat op het moment dat je vertraagt. Ik ga er nog steeds van uit dat de tijd het traagst gaat bij de lichtsnelheid, iets wat de wetenschap ook onderkend. Ruimte en tijd werken als een soort harmonica. Waneer je versnelt trek je de harmonica uit elkaar waardoor de ruimte toeneemt. Op het moment dat je vertraagt druk je de harmonica in elkaar waardoor de ruimte afneemt. Bij maximale vertraging is de harmonica op zijn kleinst en neemt zodoende ook de minste ruimte in. Ditzelfde principe geldt voor massa´s die de lichtsnelheid naderen. Bij de lichtsnelheid is de tussenliggende afstand tussen de atomen in de bewegingsrichting minimaal.
Een massa wordt hierdoor dus korter. Bij het versnellen neemt deze onderlinge afstand weer toe en wordt de massa weer langer in zijn bewegingsrichting. Om deze reden gaat de impuls/massa van een voorwerp ook naar oneindig bij de lichtsnelheid. Bij de lichtsnelheid staat de tijd stil en bestaat er ook geen ruimte meer tussen de atomen. Bij lichtsnelheid is de afgelegde weg 0 en bestaat er voor een atoom ook geen ruimte meer om te bewegen. Hierdoor wordt een massa dus kleiner bij versnellen richting de lichtsnelheid. Vergeet niet dat als ik het over de lichtsnelheid heb ik daar mee bedoel het absolute nulpunt van beweging, en dat elke beweging t.o.v. onszelf weliswaar een snelheid lijkt maar eigenlijk afremmen is. Het is ook niet vreemd dat een massa oneindig groot zou worden bij het bereiken van de lichtsnelheid, alle materie van de massa moet bestaan in een ruimte die er niet meer is.



3) Snelheid van tijd.

Wat is snelheid? Op het moment dat men het over snelheid heeft denkt men al gauw aan een afgelegde weg per tijdseenheid en dit is niet geheel onbegrijpelijk. Als ik het dus heb over de snelheid van tijd zal men in eerste instantie zeggen dat dat niet kan omdat tijd zelf geen snelheid heeft. Dan vraag ik mij toch ook af wat tijdsdilatie dan is, het betekend immers dat de tijd langzamer of trager gaat. Dit berust dan op een groot misverstand omdat tijd rechtstreeks is terug te voeren naar een afgelegde weg. Waardoor de sec niets anders is als een vast aantal km per periode. Eerst zal ik proberen duidelijk te maken waar de oorsprong van onze klok vandaan komt omdat niemand zich meer schijnt te realiseren dat de seconde rechtstreeks is af te leiden van de omwenteling van de aarde om de zon. Het is geen toeval dat een jaar 12 maanden heeft en onze klok is gebaseerd op etmalen van 24 uur.
Als u zich bedenkt dat een jaar 12maanden lang dagen heeft en 12 maanden lang nachten kun u zich makkelijk voorstellen waarom een volle dag 24 uur heeft.
Elke dag bestaat immers uit 12 uren dag en 12 uren nacht. Men heeft ooit de cyclus van de aarde afgeleid van de 12 sterrenbeelden van de dierenriem. Per sterrenbeeld ging er 1 maand cyclus voorbij waarna men na 12 maanden op 12 periodes van de maan kwam. Als je het zonnestelsel als een klok beschouwt dan kun je de maan als de kleine wijzer nemen. De rotaties van de aarde kun je dan zien als de seconde wijzer. Waarbij de jaren de grote wijzere voorstelt. Vroeger telde een jaar 360 dagen welke onderverdeeld werden in 12 maanden. Een maand bestaat zodoende uit ongeveer 30 dagen ( dit is later bijgesteld) waarbij er 30 dagen en 30 nachten zijn. Zodoende kom je uit op 60 periodes per maand. Op de universele klok gelden de jaren dus voor de dagen, de maanden voor de uren en de dagen voor de minuten.

Het is natuurlijk duidelijk dat een jaar een bepaalde afgelegde weg is. In 1 jaar tijd draaien wij 1 maal om de zon en hierbij leggen wij ook een aantal kilometers af. Op dit moment gaan wij ervan uit dat wij t.o.v. de zon elke seconde 30km afleggen. Een seconde staat dus eigenlijk voor 30km afgelegde weg door de ruimte. De snelheid van de zon zelf rond het middelpunt van de melkweg laten we nog buiten beschouwing. Hoe snel beweegt de melkweg, ooit over nagedacht? Wanneer men dus over een snelheid spreekt van m/sec betekend dat eigenlijk meters/30km. Waarbij 30km staat voor 1sec.
Dit is een beetje lastig, maar stel dat de aarde sneller zou gaan draaien om de zon dan leggen we deze 30km af in een kortere periode en worden de secondes uiteindelijk korter. Omdat een seconde staat voor 30km zouden wij door te versnellen of vertragen langer of korter over deze seconde kunnen doen. Dit zou je kunnen zien als de snelheid van tijd. De tijd is eigenlijk niets anders als een trein welke met snelheid door de ruimte gaat waarbij wij om de 30km een impuls achterlaten. Alle beweging op aarde kun je zien als beweging binnen in de trein waardoor een afgelegde weg in de trein een afgelegde weg per 30km is. Nooit zullen wij merken of de trein versnelt of vertraagt omdat alles met de trein mee versnelt of vertraagt. De tijd werkt als een grote machine waarmee wij allemaal in contact staan. Gaat de trein langzamer, dan gaan wij ook langzamer en lopen onze klokjes ook langzamer..



4) Hoe ontstaat tijdsverschil?

Deze vraag is misschien al een beetje duidelijk geworden d.m.v. mijn voorbeeld met de atoomklokken, maar ik zal hier een iets duidelijker voorbeeld van proberen te geven. Het is belangrijk om te begrijpen dat tijd letterlijk een afgelegde weg heeft en dat wij ons dus met een bepaalde snelheid door de tijd begeven. Wat wij meten als lichtsnelheid is eigenlijk de snelheid waarmee wij ons door de tijd begeven. Licht blijft slechts achter als spoor van energie en kan dit in alle richtingen tegelijk doen omdat tijd maar 2 richtingen kent. De richting van tijd gaat altijd van heden richting toekomst. Verleden is afgelegde ruimte waardoor licht achterblijft in de ruimte om ons heen. Dit is weliswaar een dimensie die ons nu nog vreemd is, maar uiteindelijk zal het allemaal veel eenvoudiger worden om te begrijpen als men zich bewust wordt van de dimensie tijd als ruimtelijke dimensie.

Al eerder stelde ik de tijd voor als een trein welke met snelheid door de ruimte beweegt. De afgelegde weg van de trein is afgelegde ruimte/tijd. Wij zitten met z´n allen in deze trein en bewegen met dezelfde snelheid als de trein op het moment dat wij stilzitten. We kunnen iets versnellen of vertragen t.o.v. de trein door naar voren of achteren te bewegen.
Dit is ook het gene wat men deed met de proef met 3 atoomklokken, waarbij het tijdsverloop sneller of langzamer ging afhankelijk van de richting waarin de klok werd bewogen.
Net als dat alle planeten zich in een kromme baan om de zon gaan zo leggen wij door de tijd ook een zekere kromme baan af. Het spoor waar de trein over rijdt gaat dus in een bepaalde bocht. De tijd is krom zou je kunnen zeggen. Nu kunnen we sneller of langzamer als de trein bewegen waardoor we per sec (nu nog gesteld op 30km) meer of minder kilometers kunnen afleggen. Wanneer wij sneller als de trein gaan dan zal ons klokje voor gaan lopen, wanneer wij vertragen dan zal ons klokje langzamer gaan lopen t.o.v. de personen welke stilzitten in de trein. Wanneer wij nu met lichtsnelheid bewegen dan staan wij eigenlijk stil t.o.v. de trein en zouden wij er oneindig lang over doen om 30km af te leggen. In werkelijkheid is de snelheid van de trein veel hoger waardoor wij per seconde 300.000km af leggen. Licht is slechts het spoor waar de trein over rijdt. Bij het overschrijden van de lichtsnelheid gaan wij eigenlijk achteruit over het spoor en belanden we in het licht van het verleden.

Wat er nu gebeurt als een persoon vertraagt richting de lichtsnelheid. Hij versnelt t.o.v. de trein (dus ons), waardoor hij afwijkt van de kromming van het spoor doordat hij minder naar buiten wordt geslingerd. Doordat de trein (tijd) immers met hoge snelheid in een kromming beweegt wordt iedereen immers een beetje naar buiten geslingerd.
Ik vermoed dat deze kracht verband houdt met de zwaartekracht, maar ben hier nog niet helemaal uit.
Maar door te bewegen verplaatst een persoon zich dus naar de tragere binnenzijde van de trein. Ten opzichte van de personen die zich niet bewegen legt hij dus eigenlijk een iets kortere weg af. Dat kun je zien als dat je in een enorme centrifuge zit waarbij alles wat zich meer naar binnen bevindt per omwenteling een kortere weg aflegt.
Op het moment dat de persoon weer stopt met bewegen wordt hij weer maximaal naar buiten geslingerd, maar heeft dan tijdens zijn beweging iets minder afstand afgelegd. Hierdoor loopt zijn klokje dan dus een beetje achter. Een seconde stond immers voor 30km en hij had tijdelijk een kleinere omloopsnelheid.


5) Waarnemen bij stilstaand licht.

Dit is denk ik wel het moeilijkste gedeelte van mijn theorie en heb het daarom ook maar tot het eind bewaard. Hoe kun je nou iets zien als het licht stil blijft staan? Dit is natuurlijk geen onbegrijpelijke vraag. Dit zal menig persoon zijn verstand te boven gaan, en vreemd is dat niet. Was de aarde vroeger plat en waren de sterren gaten in een gordijn. Ons idee van tijd en ruimte zal voorgoed veranderen, hoe lang dat nog gaat duren weet ik niet, maar dat het gaat veranderen weet ik zeer zeker.

Eigenlijk is het heel simpel, maar we kunnen ons hier nog geen goede voorstelling van maken. Dat is gewoon een kwestie van tijd. Ik zal toch proberen uit te leggen hoe de dimensie tijd eigenlijk in elkaar zit. Men heeft het tegenwoordig over 13 opgerolde dimensies in de string theorie. Dat is nog niets vergeleken met het aantal werkelijke dimensies. Er zijn namelijk net zoveel dimensies als dat er massa´s zijn. En eigenlijk kom je dan al gauw uit op oneindig veel dimensies. Ik zal trachten uit te leggen hoe je deze dimensies dan kunt zien. Een dimensie moet immers wel zichtbaar zijn, en opgerold is een dimensie geen dimensie.
Om te beginnen moet je je bewust zijn van de tijd en het absolute moment nu. Ieder mens bevindt zich op een andere plaats waardoor ook het absolute moment nu voor ieder persoon op een andere plek is. Er zijn dus eigenlijk meerdere momenten nu en deze gaan razendsnel voorbij. Ik zou willen zeggen dat deze momenten voorbij gaan met de lichtsnelheid, omdat je bij de lichtsnelheid stil blijft staan in het nu.

Ten opzichte van jezelf bevindt alles zich eigenlijk in de toekomst. Om ergens naar toe te gaan moet je immers tijd afleggen waardoor elke afstand een stukje tijd vertegenwoordigt.
Neem nogmaals de supermarkt als voorbeeld, als het voor jouw 5 minuten fietsen is naar de supermarkt bevindt de supermarkt zich t.o.v. jouw 5 minuten in de toekomst. Het woord toekomst zegt het eigenlijk al, het komt naar je toe. Nu kun je natuurlijk heel lang wachten totdat de supermarkt naar je toe is gekomen, maar helaas. Net als dat jij per seconde 300.000km aflegt, zo legt de supermarkt ook elke seconde 300.000km af en zal zodoende nooit naar jou toe komen. Op een tijdslijn bevindt alles zich om jou heen in de toekomst en beweegt ook alles tegelijk met jou mee. Alles wat stilstaat t.o.v. jou heeft dezelfde snelheid als jou en komt dus niet naar jou toe. Wat is nu het geval met licht. Licht is niets anders als verbruikte energie en laat een spoor achter welke stil blijft staan in de tijd. Stel je eigen tijd, het moment nu, op tijdtip 0 minuten. Als jij er minimaal 5 minuten over kunt doen om bij de supermarkt te komen dan kun je de supermarkt op tijdstip 5 minuten plaatsen. Dat is de snelste tijd die jij kunt maken om bij de supermarkt te komen.

Onze werkelijke snelheid door de tijd is de lichtsnelheid. Stel dat wij een lichtsnelheid zouden meten van 100m/sec, dan zou dat onze snelheid door de tijd zijn. Als een lamp bij de supermarkt nu aan zou gaan en deze is b.v. 1 kilometer bij jou vandaan, dan reis jij met 100m/sec richting de toekomst en zal het licht dan na 10sec waarnemen. Het licht zelf heeft geen enkele meter afgelegd, maar is gewoon stil blijven staan in de tijd.

De reden dat dit moeilijk te begrijpen is dat dit zou betekenen dat wij in alle richtingen tegelijk zouden moeten bewegen. Dat strookt niet met onze huidige gedachte wat dimensies betreft. Als men in gaat zien dat de dimensie tijd wel in alle richtingen tegelijk gaat, dan zal dit veel beter te begrijpen zijn. Door dit te begrijpen zal men in gaan zien dat verleden en toekomst een cirkel vormen waarbij licht eerst richting verleden gaat, waarna verleden weer toekomst wordt. Een lichtstraal welke b.v. richting de maan gaat is een lichtstraal richting het verleden, en kan men ook niet zien. Echter wanneer deze lichtstraal is aangekomen en zichzelf weerspiegeld zal deze weerspiegeling zich t.o.v. ons in de toekomst bevinden en naar ons toekomen doordat wij verder gaan in de tijd.

Een eenvoudige manier om aan te tonen dat licht daadwerkelijk stilstaat zijn de volgende 2 voorbeelden. Ik zal eerst volgens de bestaande tijdsdilatie formule aantonen wat er gebeurt met massa’s die t.o.v. elkaar met verschillende snelheden door het heelal bewegen.


6) Wiskundig bewijs en proef.


Stel ik vertrek vanaf de aarde met een ruimteschip naar een sterrenstelsel op 10 lichtjaar afstand van de aarde. Ik doe dit met een gemiddelde snelheid van 80% van de lichtsnelheid.

Gezien vanuit de aarde doe ik daar
t = s / v
t = 10 / 0,8 = 12,5 jaar over


Volgens de formule van tijd dilatatie
t' = t * Sqrt(1-v2)

is de verstreken tijd op het schip echter
12,5 * Sqrt(1-(0,8*0,8) = 12,5 * 0,6 = 7,5 jaar

Omdat de persoon in het ruimteschip in zijn tijd er maar 7,5 jaar over gedaan heeft maar wel met een gemiddelde snelheid van 0,8c gereisd heeft, heeft deze een afstand afgelegd van 7,5 * 0,8c = 6 lichtjaren. De ruimte is voor de persoon in het ruimteschip gedurende de reis gekrompen geweest t.o.v. de aarde.


Wat nu als het geen ruimteschip is, maar een foton.
Gezien vanaf de aarde is de reistijd 10 jaar (de afstand is 10 lichtjaar).

Echter gezien vanaf de foton is de reistijd
10 * Sqrt(1-(1*1)) = 0 jaar

De afstand voor de foton is

0 jaar * 1c = 0 lichtjaar.

Gezien vanaf de foton staat licht stil.

Met enige kennis van wiskunde valt hiermee aan te tonen dat elke snelheid die de lichtsnelheid nadert steeds minder kilometers aflegt, men gaat eigenlijk steeds trager.

Om mijn theorie ook te bewijzen kunnen we het volgende doen.

Bovengenoemde waarnemers kunnen nooit bepalen wie er nu werkelijk het snelst beweegt. Beide kunnen immers zeggen dat zij stilstaan en dat de ander beweegt. Iedere waarnemer staat immers stil t.o.v. zichzelf. Om het verschil in hun afgelegde weg te bepalen kunnen ze het volgende afspreken. Ze besluiten om iedere keer als er voor hen een seconde voorbij gaat dat ze 1 meter draad afrollen op een enorme katrol. Beide stellen dus voor dat ze 1m/sec bewegen t.o.v. de draadlengte.




Een bewegende klok loopt langzamer terwijl de lichtsnelheid altijd gelijk blijft, iedere seconde 1 meter draad meten geeft hetzelfde effect.

1 persoon blijft achter op aarde terwijl een tweede een ruimtereis gaat maken.
Ik wil nu weten wie de meeste km af gaat leggen omdat je niet zomaar kunt stellen dat 1 van de 2 stilstaat en de ander beweegt. Alles beweegt, ook de aarde.

Ze spreken het volgende af..

Iedere seconde rollen ze 1 meter touw af. Nu vertrekt er 1 met 80% van de lichtsnelheid naar een planeet 10 lichtjaar hier vandaan. Als hij terugkomt meten beide waarnemers de lengte van het touw op. Wie heeft het langste stuk touw in handen?

Inderdaad, de persoon die achterbleef op aarde. Deze persoon heeft dus meer kilometers afgelegd dan de persoon die een reis maakte. Ze hadden namelijk in plaats van dat touw ook de lichtsnelheid als constante kunnen gebruiken. Stel maar even eenvoudig voor dat 1 meter touw staat voor 300.000km. Dat maakt geen verschil, minder tijd is minder kilometers.

Bij het bereiken van de lichtsnelheid staan we stil in ruimte en tijd. De lichtsnelheid is het absolute nulpunt van tijd en ruimte. Wij verplaatsen ons door de tijd waarbij licht achterblijft als spoor van verbruikte tijd en ruimte. De grens van het universum breidt zich uit met de lichtsnelheid, wij zijn de grens. Morgen bestaat nog niet. Daar is ook nog geen ruimte.


Allemaal erg leuk, maar het draait allemaal om de hoek van afwijking in het denkproces.
Dat de aarde altijd nagenoeg rond is geweest kan niemand bewijzen.

Alles ballanceert rond het nulpunt, het punt waar alles is.
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:53

From: Rudeonline

Verklaar je nader..
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:54

From: Drazic

Verklaar je nader..

Nee je snapt het nog niet hoe het werkt bij Cugel.. Cugel verklaard zich nl. nooit nader, hij roept altijd alleen maar wat, zonder enige vorm van uitleg of onderbouwing..
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:55

From: Cugel

Verklaar je nader..

Alle basispatronen worden van nature overgenomen door de hersenen en vormen zo een beeld van de omgeving. Maw als je eerste levensbehoefte zich in één vlak bevindt (afhankelijk wat je bent) zet dit patroon zich in alles voort.
Dit komt omdat de hersenen rekenruimte nodig heeft en bespaart zichzelf overbodige structuren die (nog) niet van toepassing zijn.
Wat heb je aan de kennis dat een 2D driehoek met 3 hoeken van 60 gr hetzelde
is als een 3D driehoek met 3 hoeken van 90 gr als je in de middeleeuwen leeft.
De gedachte achter de afwijking is dat je je altijd buiten de standdaard oplossing op moet stellen om via een andere weg tot dezelfde slotsom te komen. Deze gedachte wordt dan ook werkelijk door anderen als afwijking gezien en wordt je buiten- of uitgestoten en moet je andere gelijkdenkenden zien te vinden.
Ook wel bekend als progressie of processie. De hoek die altijd de juiste oplossing geeft is ca 51 gr en de constructie die die hoek weergeeft moet je aanpassen om tot dezelfde slotsom te komen. Die constructie wordt ook wel de metafysische database genoemd of het best weergegeven door de GP te Giza.
Met dit model kun je alles uitrekeken wat er al bestaat en wat er komen gaat.
Alleen de afwijkende gedachte van de invulling der betekenis der stenen en symbolen geeft die ene juiste oplossing.
Als je in staat bent alle 9 dimensies los te kunnen zien maar wel als geheel te kunnen begrijpen kun je een goede start maken.
Daar je altijd deel uit maakt van de mogelijkheden uit de database zou je jezelf er letterlijk uit moeten halen om één code te maken die altijd klopt in alle dimensies..en dat gaat niet omdat er dan niemand is om het te aanschouwen.

Wellicht zal een goed boek over de stamcel je verlichting geven.

In de stamcel is T=0 net als in onze standaard wis- en natuurkunde. In het creëren van een nieuwe dimensie gaat de tijd ook lopen welke elk punt(steen) een andere betekenis krijgt. Elke oplossing is uniek en wanneer je elke punt opnieuw een nieuwe dimensie geeft onstaat er een schijnbare chaos omdat alle latere dimensies zich in de eerste blijven begeven. Als je de fractalisatie herkent die op dat moment nodig is dit functioneel, wat niet weerlegd dat andere niet herkende fractalisaties niet functioneel zouden zijn. Het volledige proces volstrekt zich na voltooing reciprook om het totaal gebruikte materiaal op 1 te houden.

Omgekeerd is alles zo ook begonnen
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:56

From: Drazic

Cugel verklaard zich nader...

Zo zie je maar weer, uitzonderingen bevestigen de regel ;) Tnx Cugel
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:58

From: Cugel

Zo zie je maar weer, uitzonderingen bevestigen de regel ;) Tnx Cugel

Tnx2u2.

En hoezo morgen bestaat niet, op dit moment is het al ergens morgen dat zou dus een paradox in de tijd moeten zijn.

Als wij de fysieke grens zijn, waar ik wel achter sta, dan breidt het heelal zich naar het middelpunt uit. Alle latere dimensies zitten in de vorige.

Het spoor van licht zie je inderdaad als je de sluitertijd op oneindig zet van je camera.

De jeugd van tegenwoordig
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 05:59

From: Rudeonline

www.rudolfhendriques.forumup.nl

Voor iedereen die intresse heeft.
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 06:01

From: Rudeonline

Tnx2u2.

En hoezo morgen bestaat niet, op dit moment is het al ergens morgen dat zou dus een paradox in de tijd moeten zijn.

Als wij de fysieke grens zijn, waar ik wel achter sta, dan breidt het heelal zich naar het middelpunt uit. Alle latere dimensies zitten in de vorige.

Het spoor van licht zie je inderdaad als je de sluitertijd op oneindig zet van je camera.

De jeugd van tegenwoordig

Op dit moment is het nog nergens morgen net zo goed als dat het nu nergens 10 januari 2010 is. De toekomst bestaat nog niet.
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Re: Bewustzijn als grens van het universum...

Beitragvon Webmaster » Mi 18 Aug 2010, 06:01

From: Cugel

Op dit moment is het nog nergens morgen net zo goed als dat het nu nergens 10 januari 2010 is. De toekomst bestaat nog niet.

De toekomst bestaat wel alleen wordt deze bepaald door alle parameters. Daar ook jij een parameter bent bepaal je zelf wat je toekomt. En idd is het nu nergens 10 januari 2010
Benutzeravatar
Webmaster
Beheerder
 
Beiträge: 1848
Registriert: Sa 14 Aug 2010, 13:21

Nächste

Zurück zu Forum Archief (wwww.debroncode.nl)

cron