From: Gerard van Wilgen Dik T. Winter schreef:Gerard van Wilgen schreef:
...
Ik heb altijd gedacht dat een patentbureau (a) moet uitzoeken of de te
patenteren zaak al bestaat en (b) of het idee niet al te zeer voor de hand
ligt.
Daar wordt naar gekeken, maar patentzaken zijn behoorlijk gevoelig.
Niet overal. In Amerika worden de bovengenoemde stappen blijkbaar
overgeslagen. Ik kan daarover meepraten doordat ik jaren geleden - zij het
indirect - in aanvaring ben gekomen met een Amerikaans bedrijfje dat een
patent had op een idee dat ik in een programma had gebruikt. Het kostte mij
als leek nauwelijks moeite om aan te tonen dat het desbetreffende idee al
een jaar of dertig eerder voor het eerst gebruikt was. Bovendien lag het ook
nog ontzettend voor de hand.
De tegenpartij heeft het tenslotte niet op een rechtzaak laten aankomen,
maar sindsdien sta ik nogal skeptisch tegenover het octrooigebeuren.
Dat lijkt trouwens lang niet altijd goed te gebeuren, waarschijnlijk
doordat een patentbureau meer (financieel) belang heeft bij het toekennen
dan bij het afwijzen van een patent.
Het patentbureau heeft geen enkel financieel voordeel bij het al of niet
toekennen van een patent. Waarop baseer je je opmerking?
De informatie op [url down]. De eerste stap (het onderzoeken of er
sprake is van iets nieuws en origineels) kost tussen de €4.000 en €7.000.
Blijkt dan dat het niet om iets nieuws en/of origineels gaat, dan houdt het
natuurlijk op en verdient het patentbureau er verder niets meer aan. Gaat de
procedure wel verder, dan moet er tussen de €5.000 en €9.000 per nationale
verleningsprocedure worden betaald. Daarnaast moet er voor een octrooi elk
jaar een bedrag betaald worden om het geldig te houden. Dat loopt meestal
sterk progressief op (elk jaar fors meer dan het voorgaande jaar), maar
vergeleken met de aanvraagprocedure zijn het pinda's, zo tussen de €200 en
€1200. Toch snel verdiend voor een simpele en waarschijnlijk geheel
geautomatiseerde administratieve handeling.
Op die manier zou ik ook wel "geen financieel voordeel" van mijn werk willen
hebben.
Gerard van Wilgen